Vincent de Groot: "Onze dienstverlening is volledig gericht op de internationale werknemer. Door de uitgebreide ervaring met en de specifieke kennis over onder meer de fiscale omstandigheden van zeevarenden, personen werkzaam in de offshore-industrie en bij baggerbedrijven, maar ook voor andere internationaal mobiele werknemers, weet u zeker dat uw fiscale zaken in vertrouwde en deskundige handen zijn.
Bent u buiten Nederland werkzaam? Zit u met vragen over belastingen en sociale premies? Niet alleen voor het verzorgen van uw Nederlandse aangifte inkomstenbelasting, maar ook bij advisering over werken buiten Nederland of voor een buitenlandse werkgever en wonen buiten Nederland bent u bij ons aan het juiste adres!"
Translate this site
NOB kritisch op box 3-voorstel tweede woningen
De NOB heeft gereageerd op het aangepaste wetsvoorstel ‘Wet werkelijk rendement box 3’. De orde gaat met name in op tweede woningen en mogelijke staatssteun.
De orde betwijfelt of het verstandig is om ook voor tweede woningen gebruik te maken van een forfaitair rendement en voorziet ook hier rechtszaken. Het ontbreekt, aldus de NOB, ook aan een fundamentele visie op wat de bron van inkomen is. ‘In deze context speelt onder meer de vraag of eigen gebruik tot belastbaar inkomen leidt en hoe in dat kader wordt omgegaan met (tweede) woningen die in eigen gebruik zijn.’ De bijtelling voor eigen gebruik van vakantiewoningen is bovendien ingegeven door budgettaire overwegingen, aldus de orde, en dat is geen goed fundament.
Lastig te verdedigen
Vraagtekens zijn er ook over het uitgangspunt dat er belasting wordt geheven over het totale resultaat: sluit een forfaitaire heffing daar goed op aan? Die zou tot gevolg kunnen hebben dat meer dan het totale resultaat wordt belast. Tweede woningen worden daarnaast vaak maar beperkt gebruikt voor zelfbewoning, terwijl de forfaitaire heffing lijkt te zijn gebaseerd op het volledige jaar.
En hoe zit het dan met het niet toepassen van een heffing op ander waardevol bezit, zoals auto’s of vaartuigen, vraagt de NOB zich af. ‘In een stelsel dat het werkelijke inkomen beoogt te belasten, is een forfaitaire heffing over een vakantiewoning – die strukt genomen in veel gevallen geen bron van inkomen zal zijn – lastig te verdedigen.’ Een andere vraag is of het verschil in gebruik tussen een eigen woning en een tweede woning het verschil in forfait (0,35% tegenover 2,65%) rechtvaardigt.
Onduidelijkheid is er verder over hoe de aftrek van onderhoudskosten (in het jaar van onderhoud) en verbeteringskosten (in het jaar van verkoop) moet worden vormgegeven. De NOB wijst verder op mogelijke schendingen van de mensenrechten en van het vrije kapitaalverkeer wanneer niet-ingezetenen met de bijtelling voor de tweede woning te maken krijgen.
Rechtvaardiging staatssteun
Met het oog op de analyse die advocatenkantoor Nauta Dutilh heeft gedaan, raadt de NOB aan om de mogelijkheid vastgoedlichamen, aandelen in startups en in familiebedrijven te bevoordelen bij de EU aan te melden als mogelijke staatssteun. Nauta Dutilh vindt dat er geen rechtvaardigingsgronden zijn voor staatssteun in de vorm van een uitzondering voor aandelen in familiebedrijven. Maar de NOB is het daar niet mee eens, mede gezien het belang van familiebedrijven voor de economie.
Geplaatst door Vincent de Groot van
Robelco Tax Services
op
vrijdag, juli 19, 2024
Labels:
Box 3,
NOB,
Rendement,
Staatssteun