Kleine spaarder paar tientjes goedkoper uit

Het belastingtarief op spaargeld gaat verder omlaag. Uit berekeningen van deze krant blijkt dat de belastingdienst volgend jaar uit zal gaan van een spaarrente van 0,13 procent, waar dat dit jaar nog 0,36 procent was. Officieel wordt dit op Prinsjesdag bekend.

Wie meer dan het vrijgestelde bedrag van 30.000 op de bank heeft staan en te maken krijgt met het belastingtarief van 30 procent op dat vastgestelde rendement, houdt daardoor volgend jaar enkele tientjes meer in de zak.

De spaarrente van 0,13 procent waar de fiscus volgend jaar mee rekent, ligt wel nog altijd boven de spaarrente van 0,03 procent die spaarders bij ING, Rabobank en ABN Amro krijgen. Ook moeten kleine spaarders deels belasting betalen over een beleggingsrendement, ook als ze helemaal niet beleggen.

Knot vindt dat hypotheekrenteaftrek moet worden versoberd

De hypotheekrenteaftrek moet in Nederland verder versoberd worden. Een volgend kabinet moet hier vanaf 2017 verder mee aan de slag gaan. Dat zegt Klaas Knot, president van De Nederlandsche Bank, in een woensdag gepubliceerd interview met de Volkskrant. "Er zijn goede stappen gezet door het kabinet. Maar ik denk dat het nog niet genoeg is", zegt Knot.

Meerderheid voor verlaging hoogste belastingtarief

Een meerderheid in de Tweede Kamer vindt dat minister Stef Blok (Wonen) het hoogste belastingtarief voor inkomens vanaf 55.000 euro moet verlagen. Dit bleek maandagavond tijdens een debat in de Tweede Kamer. Naast de coalitiepartijen VVD en PvdA zijn D66, ChristenUnie en de SGP voor een verlaging van het toptarief van 52 naar 50 procent. De belastingtarieven worden voor de meeste inkomens verlaagd ter compensatie van de geleidelijke afbouw van de hypotheekrenteaftrek en de invoering van de annuïtaire hypotheek voor nieuwe woningeigenaren.

Maar de VVD vindt het onrechtvaardig dat deze verlaging niet zou gelden voor de hoogste inkomens. "Dat is juist de groep die het meest betaalt", aldus VVD-Kamerlid Barbara Visser. Daarom stelt de partij met steun van de andere partijen de belastingverlaging voor. De belasting voor inkomens die vallen in de tweede en derde schijf van de inkomstenbelasting worden verlaagd naar 38 procent. "Doordat de inkomstenbelasting omlaag gaat, houd je meer over van het geld waar je hard voor hebt gewerkt. Alle inkomensgroepen profiteren door dit voorstel evenredig mee", aldus Visser.